Icoon
Daar zat hij. Pontificaal aan zijn tafeltje in de zon, midden in hartje Genua. Schrijvend in zijn Moleskine-notitieboekje, de vulpen die hij van Stella heeft gekregen in zijn hand. Grijsblauw maatpak met dunne krijtstreep, keurig geknoopte das met dasspeld, speldje op de revers, opvallend grote gouden ringen aan zijn vingers, Zippo-aansteker en zilveren sigarettendoosje op tafel. Het geheel afgemaakt met een koffietje en een aqua frizzante. In vol ornaat. Precies zoals ik het me had voorgesteld.
In de trein van Levanto naar Genua hadden we het er nog over gehad. Wat zou ik doen als we hem zouden zien…?
Ongelukje
Ooit kwam ik Danny de Munk tegen op Mallorca, hij was samen met zijn gezin. Ik zag Claudia de Breij met haar vrouw en zoon op de Sint-Pietersberg en later nog eens bij de kassa van het kerstcircus in Carré. Joep van Deudekom was een ongelukje. Ik heb hem eens staande gehouden toen hij uit de voetbalkantine in Baarn kwam en ik er samen met mijn zoon naar binnen liep. Ik groette hem, omdat ik hem kende, ik wist alleen niet meer waarvan. Hij wist het ook niet…
Het liefst kijk ik de andere kant op als ik een bekende Nederlander tegenkom. Het zijn namelijk mensen. En die hebben er, net als alle andere mensen, recht op om ongestoord te doen wat ze willen. Daar hebben ze mij niet bij nodig.
Hebbes
Maar dit was anders. Terwijl we slenterend voorbijliepen zag ik opeens iets in mijn ooghoek wat mijn aandacht trok. Toen ik opzij keek, zag ik hem. “Ik zie hem, hij zit daar! Wat moet ik doen?!” We liepen door, maar een eindje verderop bleven we staan. “Tja, je moet het zelf weten. ’t Is wel je kans…”.
“Oké, ik ga terug.” Zonder enig plan van aanpak en zonder verder na te denken liep ik terug, tot een metertje of anderhalf van zijn tafeltje. Hij was verdiept in zijn werk.
“Meneer Pfeijffer?” murmelde ik door mijn roze mondkapje. Het duurde even voordat hij opkeek, maar toen zag hij me staan. “Ja?” zei hij vriendelijk.
“Mag ik een foto van u maken?”
“Ja hoor, als u dat leuk vindt dan mag dat.” En hij ging er even mooi voor zitten.
“Ja, dat vind ik leuk, want ik ben fan. Ik heb uw boeken gelezen.” zei ik terwijl ik enigszins nerveus mijn iPhone op hem richtte en op de opnameknop drukte. Even later pronkte Ilja Leonard Pfeijffer beeldgroot op mijn scherm.
“Het is gelukt, dank u wel!!” en ik ging er als een haas vandoor.
“Ik heb ‘m, ik heb ‘m!” Het lukte me niet enkele vreugdesprongetjes te onderdrukken. Blij als een kind huppelde ik verder. “Mijn dag kan niet meer stuk!”
“Gek wijf!” klonk het geamuseerd naast mij.
Pas later, toen ik een beetje was bijgekomen van de opwinding, vroeg ik me af waarom ik zomaar de wereld van deze bekende Nederlander was binnengedrongen. Het duurde even, maar ik ben erachter. Ik deed hem een plezier. Ilja wilde graag gezien worden en ik gunde hem dat. En mezelf ook, want nu heb ik een mooie anekdote erbij en een prachtig souvenir van dé icoon van Genua…
De volgende dag zijn we nog even teruggegaan naar Café des Artistes. Er was wat lef voor nodig, maar ik heb het gedaan, ik heb op zijn stoel gezeten. We hebben tenslotte iets gemeen… 😉
schrijf jij maar lekker verder meissie – xx
Doe ik JW 😊
Geweldig Syl dat je me ff hebt laten meegenieten. Ik heb brok in keel en traan in mn oog💋
Graag gedaan lieve Loes ☺️
Prachtig Syl… ik ben absoluut een beelddenker.. en ‘ik was er bij ❤️‘ XXX
Fijn Inkie! ☺️
Mag ik toch even iets anders reageren? Eigenlijk gaf je een perfecte beschrijving, kennelijk zonder ironie, van iemand die op griezelige wijze met behulp van ‘mooie spulletjes’ een bepaald, eigenlijk wel zielig imago cultiveert. Misschien zou hij juist nou niet dat (inmiddels) burgertruttige Moleskine-boekje moeten gebruiken, maar een ordinair HEMA-kladblok.
Je weet trouwens dat Genua aan de basis heeft gestaan van het woord ‘jeans’?
Om met het laatste te beginnen, ja dat wist ik. Maar ik was het ook alweer vergeten, dus dank dat dit interessante feitje nu weer in mijn actieve werkgeheugen zit!
Jouw mening over het imago van Ilja Pfeijffer deel ik niet. Dat wil zeggen, ik heb er niet echt een mening over. Hij heeft zijn verschijning in het openbare leven van Genua onderdeel gemaakt van zijn schrijverschap en die keuze respecteer ik. Hij zal er zo zijn redenen voor hebben denk ik dan 🙂.
Geweldige anekdote Sylvia! Heel tof dat je hem na het lezen van z´n boek en het fantaseren erover daadwerkelijk tegenkomt! Ik ben een keer Dolf de Vries in een museum in Nieuw-Zeeland tegengekomen toen ik net een boek van hem aan het lezen was. Kon het ook niet laten hem aan te spreken en had achteraf precies hetzelfde gevoel en stiekem vond hij het volgens mij ook toch best leuk 😉
Dolf de Vries… ik moest googelen om erachter te komen wie hij was, maar toen ik zijn foto zag herkende ik zijn gezicht. Hij is in 2020 overleden zag ik… Het lijkt me heel apart om iemand die je kent aan het andere eind van de wereld tegen te komen en dat je dan óók nog net een boek van hem aan het lezen bent. Stiekem toch ook weer een bewijs dat toeval niet bestaat… 😉
Moi Sylvia, wat weer een geweldig stukje vertel- en schrijfkunst van jou! Hoe je in een paar regels een compleet verhaal neer zet.
Word jij de opvolger van de A.L. Snijders, de meester van het korte verhaal, die ons kort geleden ontvallen is? Ik roep je op…Dank, Abel
Te veel eer Abel, maar toch dank voor je compliment 😊
Nou zeg, dat grenst bijna aan fetisjisme! 👍😎
Bijna…